Back |
India - Pakistan - Iran - Turkije - Syrië - Jordanië - Libanon - Syrië - Turkije - Europa |
Azië Overland | Spectaculair Pakistan | Mystieke momenten |
INDIASE ANEKDOTES India is een mooi land. Er is zo ontzettend veel te zien, tempels in Hindu, Buddha, Sikh, Jain, Muslim en andere varianten. Mensen in even zoveel varianten. Bergen en heuvels, palmstranden en rijstvelden, koffie-, thee- en peperplantages. Waarom kan ik dan alleen maar negatieve anekdotes verzinnen als ik zit te brainstormen op onderwerpen voor een nieuwe nieuwsbrief? Kort door de bocht: er wonen Indiers in dit land. Natuurlijk zijn er tussen een miljard mensen best ook aardige te vinden, maar wij hebben de indruk gekregen dat de overgrote meerderheid uitzonderlijk egoistisch en hebberig is. Het komt bijvoorbeeld nooit voor dat mensen bij onze auto komen kijken zonder te vragen om geld, een pen, een t-shirt, een sigaret. Er is ons nog niet een keer een kopje thee aangeboden terwijl ze wel altijd op onze bezittingen uit zijn. Het komt niet voor dat iemand op een drukke weg tegen ons zegt: "Ga maar voor, ik wacht wel even." Mensen bieden ons best vaak hulp aan of wijzen ons de weg. Het komt alleen bijna nooit voor dat ze daarna genoegen nemen met "hartelijk bedankt!". Turken zitten ook ongevraagd aan je spullen, Iraniers roepen ook massaal hallo tegen je en Pakistanen stromen ook in grote getalen toe als je een dorpje inrijdt. Maar dit alles gebeurt wel vanuit interesse en met respect: "hee, wat geinig, een mens uit een ver buitenland!". De Indier doet dit alles zonder respect: "hee, wat handig, zo'n gek wezen waar je geld aan kan vragen". En da's jammer, want ze verpesten hun overigens geweldige land. Ze zouden toch eens wat meer naar het door hun gehate buurvolk de Pakistanen moeten kijken... De 20.000 km foto Bedelaars heb je overal in India. Over het algemeen geven we niks, behalve als de bedelaar in kwestie zodanig verminkt, ziek of oud is dat hij of zij niet meer kan werken. Bij gezonde mensen vragen we wel eens of ze een klusje willen opknappen voor geld, bijvoorbeeld de auto wassen, maar dan rennen ze altijd hard weg. Bovendien mag iedereen aan ons vragen wat hij wil, maar ongevraagd aan ons of onze spullen komen is strikt verboden. Verkopers of bedelaars die onze autoportieren openen krijgen dus de deur in hun gezicht. Zo ook toen we stopten voor de 20.000 km foto (klik hier) en we werden belaagd door twee meisjes met een baby: "baksheesh, baksheesh". Dat zou op zich de foto niet mogen hinderen, ware het niet dat precies op het moment dat Erwin wil afdrukken een van de meisje de portier opent en ik daarop boos naar het portier grijp... over Erwin heen dus. De foto is bewogen maar je kunt nog wel een boze hand en twee lachende wegrennende meisjes erop zien. Erwin ging vervolgens boos achter de meisje aan. Lachend holden de meisjes weg, tot dat degene met de baby struikelt en met kind en al op de straat smakte. Even waren we bang dat het publiek zich tegen Erwin zou keren door dit incident, maar het tegendeel was het geval: de toekijkende vrachtwagenchauffeurs staken goedkeurend en glimlachend hun duim op. Baby en meisje waren overigens in orde, dus we konden vrolijk verder rijden. Indiaas bedelvolk mag dan wel ongekend onbeschoft zijn, een gewond kind gun je niemand. Geen tijd Onze LandRover vrienden en mede-reizigers Arie en Wendy vertelden het volgende verhaal. Op een goede dag waren zij bezig met het opruimen en inpakken van hun auto. Uiteraard stonden hierbij een aantal Indiers te kijken, te staren en te onderzoeken zonder verder ook maar enige interesse te tonen. Wendy voelde zich voor de zoveelste keer een soort aap in de dierentuin, maar besloot na enige tijd eens te kijken of ze iets positiefs uit de situatie kon halen. Ze vroeg een van de mannen of hij even kon helpen sjouwen met een zware kist. We dachten allemaal dat we al veel van Indiers gewend waren maar het antwoord deed ons weer eens in verbazing naar onze opengevallen onderkaak grijpen: "No, no, no time. I have work to do!" Vervolgens heeft hij nog een kwartier staan staren naar Wendy's inpakwerkzaamheden... Afrekenen Het voldoen van je rekening in India is altijd weer een grote verrassing. Of eigenlijk ook weer niet, je weet gewoon dat ze een groter bedrag gaan vragen dan hetgeen je verschuldigd bent. Als dat een keertje niet gebeurt zijn we blij verrast. Op gewone dagelijkse boodschappen staat bijvoorbeeld de Maximum Retail Price (MPR) aangegeven, het maximale bedrag waarvoor het artikel verkocht mag worden, inclusief belastingen en winst voor de winkelier. Op een fles Pepsi staat MPR 43 Rs. Zonet nog heb ik er 45 Rs. voor betaald. Klagen helpt niet, dan wordt je genegeerd. Het beste is om gepast 43 Rs te geven. Hieronder nog een paar sterke staaltjes creatief afrekenen. India bezit enige tolwegen, hoewel dat niet altijd een garantie is voor een goed wegdek. Maar je moet niettemin betalen om het wegdek te mogen gebruiken en daar hebben wij geen bezwaar tegen. Bijna altijd staat er bij de slagboom een groot bord met de tarieven: car 5 Rs, jeep 10 Rs, enzovoort (onze auto is een 'jeep'). Bijna altijd komt er dan een man aan ons raam die zonder blikken of blozen zegt: "Fifty rupees please". Vaak produceert hij dan een zojuist getypt bonnetje of een bonnetje waarop met grote letters 'bus' staat of zo. Het spreekt vanzelf dat deze mensen grote minachting van ons ontvangen. Als ze heel aardig zijn kunnen ze de verschuldigde 10 rupees nog krijgen, zo niet dan rijden we door. Een aantal krijgt het nog voor elkaar het bloed onder onze nagels vandaan te halen door uitgebreid te gaan staan schaterlachen als we boos wegrijden. Op weg naar Goa kampeerden we twee dagen bij een Government Resthouse, een hotel door de overheid gerund, waarvan we wisten dat we er met de auto ook mochten kamperen. Bij aankomst vroegen we de beheerder wat het kostte voor ons, maar hij wuifde mijn vraag weg. Na nog een keer vragen en een antwoord van "nee, nee, niks" dachten we, het zal wel. Als we weggaan geven we hem wel het bedrag wat onze tipgevers ook hadden betaald (25 Rs per dag). Dom! Bij het afrekenen na twee nachten wilde hij 200 Rs hebben. We waren eigenlijk zo verbouwereerd dat hij het nog heeft gekregen van ons ook. Maar het ergste is het slechte humeur dat je van zo'n akkefietje overhoudt. Overigens konden de beheerders van het YWCA resthouse in Ooty er ook wat van: twee bedden op de slaapzaal kostten samen 120 Rs, van ons wilden ze 150 Rs per nacht hebben als we in onze eigen auto sliepen! We hebben het wel gedaan, zelfde faciliteiten, schonere bedden... In Mandu, het stadje waar nog veel ruines staan van paleizen uit de Moghul-tijd, willen we ook graag kamperen. Het leek lastig te worden want overal wonen mensen. Uiteindelijk vonden we een mooi plekje vlak bij een tempel. En het leek zowaar of we met rust werden gelaten, nou ja, behalve een stuk of tien kinderen dan. Vlak nadat we ons avondeten ophadden kwam er een oud mannetje met 2 jonge jochies bij ons zitten, maakt een vuurtje, brabbelt wat en lijkt niet van plan weg te gaan. We besloten maar vriendelijk tegen hem te doen, wie weet staan we wel op zijn land. We hadden het bijna bij het rechte eind: hij is de beheerder van de drie dichtstbijzijnde tempels en eigenlijk staan wij daar illegaal. Na veel heen- en weer geschuif en met het Hindi-boek in de hand snapten we dat hij wat geld wil, 10 Rs om te mogen blijven. Omdat we dat zo'n bescheiden bedrag vinden en het best een aardig mannetje is geven we hem 20 Rs voor een ongestoorde nacht. In Mysore vonden we een goed en snel internetcafe waar we uitgebreid het thuisfront weer op de hoogte konden brengen. Het tarief was 30 Rs per uur, een alleszins redelijk bedrag. Na ruim 2 1/2 uur hadden we er genoeg van en gaan we afrekenen. Dat zou 75 of hooguit 80 Rs moeten kosten, maar we moesten 90 Rs afrekenen. Niet dat 10 Rs nou zo'n schokkend bedrag is maar we vroegen toch even hoe hij er aan komt. Het antwoord is weer verbijsterend: "Jullie hebben 2:40 uur geinternet, dat is 2 uur a 30 Rs per uur, dan een half uur a 20 Rs. per uur plus nog 10 Rs. voor de laatste paar minuten. Ik had jullie ook het volle tarief voor de laatste 10 minuten in rekening kunnen brengen hoor, dat was 15 Rs." Nou begrijpen wij best dat het meer kost als je slechts een half uurtje internet, maar na meer dan 2 1/2 uur ga je toch niet zeuren over hoger tarief voor een deel van het uur! Dom ook, want ondanks de goede faciliteiten zijn we er niet meer teruggekomen. Zo kan het ook Eigenlijk vind ik dat de volgende anekdote hier niet eens opgeschreven had moeten worden, de gebeurtenissen zouden vanzelfsprekend en bijna dagelijks moeten zijn. Helaas zijn ze dat in India niet... Tijdens ons verblijf bij het Palace Estate in Kakkabe (in de heuvels van de staat Karnataka) willen we wat inkopen doen in het dorpje. Wij denken dat het 6 km lopen is en gaan vol goede moed op pad (nadat we die ochtend naar de top van Coorg mountain zijn geweest). Het blijkt verder dan we denken en op de doorgaande weg aangekomen besluiten we een lift te vragen. Er stopt vrij snel een jeep, en uit gewoonte vragen we meteen wat het kost naar Kakkabe. "Alleen naar Kakkabe? Dat kost niks!" is het antwoord. Op de terugweg gebeurt tot onze grote verbazing precies hetzelfde! Ons oordeel over India en vooral over Karnataka is in een klap een stuk positiever. Gevaarlijk! Indiers kunnen ook heel bezorgd zijn om onze veiligheid. De eerste keer dat we dat meemaakten hadden we net een prachtig kampeerplekje bovenop een heuvel gevonden. Naast het omheinde terreintje van een telecom-zendmast. De beheerder, een jonge vent, kwam even kijken, wij vroegen nog of het OK was, ja hoor, geen probleem. Een half uurtje later komt hij terug met 2 anderen. Het leek eerst of ze geen engels spraken, zo wezenloos stonden ze te kijken. Dan trekt er een de stoute schoenen aan en zegt dat we hier niet kunnen staan. "Waarom niet? " "Dangerous." "En waarom dan wel?" "Nou, als er iets gebeurt..." "Wat gebeurt er dan?" Stilte, zenuwachtige grijns. Dan weer: "Dangerous." Maar wat gebeurt er dan? Valt de mast om of zo? Dan komt de aap uit de mouw: "It's our responsibility" Ah. Ze zijn bang voor hun eigen hachie. 't Gekke is dat het helemaal niet hun verantwoordelijkheid is want we staan buiten het hek. Maar ze zijn allemaal bang dat hun baas boos wordt. Dus moeten ze aan hun baas toestemming vragen, en die weer aan zijn baas, en die weer aan zijn baas. En dat is precies wat er gebeurt: de jonge beheerder heeft zijn baas erbij gehaald (de man die zegt dat het 'dangerous' is daar). Hij gaat vervolgens bellen naar zijn baas. Een half uur later horen we dat het in behandeling is en dat zijn baas ook weer iemand om toestemming moet vragen. Tegen die tijd is het allang ochtend en zijn wij weer op pad... In Kanyakumari, op het zuidelijkste puntje van India staan we met de auto op een prachtige plek. Zonsondergang in zee door de achterruit, zonsopkomst in zee voor onze neus. Als het al donker is en lekker stil komen er toch een paar mannen naar onze auto. We zeggen gedag en leggen uit dat we in de auto slapen. In eerste instantie vinden ze het prima, maar even later komen ze terug. We moeten weg, om half negen komen er mensen. "Maar waarom moeten we dan weg?" "Too many people." "Dat geeft toch niet, dan kunnen wij toch wel gewoon blijven staan?" "No, no, dangerous people from other countries." "??" Ze geven het op en gaan weg. Er komen inderdaad nog wat groepjes mensen langs, Indiers overigens, maar die negeren ons volkomen tot onze grote verbazing. We hebben de rustigste kampeernacht in tijden en begrijpen nog steeds niet wie dan "dangerous people from other countries" zijn. Bastienne |